ECLI:NL:RVS:2025:4982
Raad van State
- Mondelinge uitspraak
- C.J. Borman
- S. Langeveld
- R.A. Nieuwenhuijzen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen besluit Autoriteit Persoonsgegevens inzake klacht niet verder onderzocht
Op 8 oktober 2025 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een hoger beroep van [appellant] tegen de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). De zaak betreft een klacht die [appellant] op 1 juli 2021 indiende, welke door de AP niet verder werd onderzocht. De AP voerde een globaal bureauonderzoek uit en concludeerde dat er geen overtredingen van de regels waren vastgesteld. Deze beslissing werd door de rechtbank Gelderland in een eerdere uitspraak op 4 oktober 2024 bevestigd, waar het beroep van [appellant] ongegrond werd verklaard.
Tijdens de openbare zitting op 8 oktober 2025, onder leiding van Staatsraad mr. C.J. Borman, werd de zaak behandeld. De AP werd vertegenwoordigd door mr. N. Hmoumou en A. Karimi. De Afdeling bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de AP op basis van haar bevindingen terecht had besloten om af te zien van verder onderzoek. De rechtbank had terecht geoordeeld dat de motivering van de AP niet onbegrijpelijk was en dat de AP, gezien de feiten en omstandigheden, de keuze om niet verder te onderzoeken kon maken. Dit besluit was ook in lijn met de prioriteringscriteria die de AP hanteert.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid in het bestuursrecht en de ruimte die bestuursorganen hebben om prioriteiten te stellen in hun onderzoek. De beslissing van de AP om niet verder te onderzoeken werd als redelijk en gerechtvaardigd beschouwd, wat leidde tot de bevestiging van de eerdere uitspraak.