ECLI:NL:CBB:2013:CA2409
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Proceskostenveroordeling
- C.J. Waterbolk
- R.F.B. van Zutphen
- M. Munsterman
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit over uitkering uit EHEC-schadefonds
In deze zaak heeft appellante, A v.o.f., beroep ingesteld tegen een besluit van het Productschap Tuinbouw, waarbij het bezwaar tegen de hoogte van de uitkering uit het EHEC-schadefonds gedeeltelijk gegrond werd verklaard. Het bezwaar tegen de afwijzing van een bedrag van €50.326,90 werd ongegrond verklaard. De appellante had op 17 april 2012 beroep ingesteld tegen het besluit van 6 maart 2012. De zaak betreft de EHEC-crisis, waarbij appellante schade heeft geleden door het niet-oogsten van producten. De appellante had twee schadegevallen gemeld, waarvan de eerste schade van €50.326,90 niet in het aanvraagformulier was opgenomen, wat leidde tot een korting op de uitkering.
Tijdens de zitting op 28 november 2012 hebben de gemachtigden van beide partijen hun standpunten toegelicht. Het College heeft vastgesteld dat appellante te goeder trouw was en onopzettelijk een fout heeft gemaakt door de eerste schade niet in de aanvraag te vermelden. Het College oordeelde dat verweerder ten onrechte de uitkering van het steunbedrag van €50.326,90 heeft geweigerd. Het College heeft het beroep gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en bepaald dat verweerder aan appellante alsnog het steunbedrag moet uitkeren. Tevens is verweerder veroordeeld in de proceskosten van appellante tot een bedrag van €944,-- en moet het griffierecht van €310,-- vergoeden.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige behandeling van aanvragen en de verantwoordelijkheid van de verweerder om tijdig te wijzen op onvolledigheden in aanvragen. Het College heeft met toepassing van de Algemene wet bestuursrecht zelf in de zaak voorzien, wat betekent dat de beslissing van verweerder is vervangen door de uitspraak van het College.