ECLI:NL:CBB:2020:948
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen fosfaatrecht vastgesteld door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 8 december 2020 uitspraak gedaan in het beroep van een stille maatschap tegen het besluit van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het primaire besluit, genomen op 5 januari 2018, betrof de vaststelling van het fosfaatrecht van appellante op basis van de Meststoffenwet. Bij het bestreden besluit van 29 april 2019 verklaarde de minister het bezwaar van appellante ongegrond. Appellante stelde dat de Nitraatrichtlijn onvoldoende grondslag biedt voor het fosfaatrechtenstelsel en dat er sprake zou zijn van ongeoorloofde staatssteun. Tijdens de zitting op 23 november 2020 zijn zowel appellante als verweerder niet verschenen.
Het College overwoog dat de minister het fosfaatrecht correct had vastgesteld op basis van de dieraantallen die op 2 juli 2015 op het bedrijf aanwezig waren. De minister had een generieke korting van 8,3% toegepast. Het College concludeerde dat de beroepsgronden van appellante niet opgingen, aangezien verweerder inhoudelijk op de aangevoerde gronden was ingegaan en de eerdere uitspraken van het College bevestigden dat het fosfaatrechtenstelsel rechtmatig was. De beroepsgronden faalden en het College verklaarde het beroep ongegrond. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.