ECLI:NL:CBB:2023:14
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering subsidie op grond van de Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19 wegens niet voldoen aan vestigingsvereiste
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 17 januari 2023 uitspraak gedaan in het geschil tussen een appellant, die een subsidie had aangevraagd op grond van de Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19, en de minister van Economische Zaken en Klimaat, die de aanvraag had afgewezen. De appellant had zijn aanvraag voor subsidie voor het tweede kwartaal van 2021 ingediend, maar deze werd afgewezen omdat zijn onderneming niet voldeed aan het vestigingsvereiste. Dit vereiste houdt in dat een MKB-onderneming ten minste één vestiging moet hebben met een ander adres dan het privéadres van de eigenaar, of dat de vestiging fysiek afgescheiden moet zijn van de privéwoning van de eigenaar en voorzien moet zijn van een eigen opgang of toegang.
De appellant betwistte de afwijzing en voerde aan dat hij voldoende bewijs had geleverd in de vorm van een belastingaangifte waaruit bleek dat hij een werkruimte had waarvan de vaste lasten fiscaal aftrekbaar waren. Het College oordeelde echter dat het enkele feit dat de appellant een belastingaangifte had overgelegd, niet voldoende was om aan te tonen dat voldaan was aan het vestigingsvereiste. Het College benadrukte dat de beoordeling van het vestigingsvereiste niet alleen op basis van de ingediende gegevens kan plaatsvinden, maar dat verweerder ook andere bewijsstukken kan eisen.
Het College concludeerde dat de appellant niet had aangetoond dat zijn onderneming voldeed aan het vestigingsvereiste, en dat de minister terecht had geoordeeld dat de subsidie geweigerd moest worden. Het beroep van de appellant werd ongegrond verklaard, en het bestuursorgaan werd niet verplicht om proceskosten te vergoeden. Deze uitspraak bevestigt de noodzaak voor MKB-ondernemingen om aan specifieke vereisten te voldoen om in aanmerking te komen voor subsidies, vooral in het kader van de COVID-19 steunmaatregelen.