ECLI:NL:CBB:2025:619
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de afwijzing van een subsidieaanvraag voor warmtepompen op basis van onjuiste gegevens
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het Bedrijfsleven op 25 november 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen [naam 1] B.V. en de minister van Klimaat en Groene Groei. De onderneming had op 15 november 2022 een subsidie aangevraagd voor de aanschaf van twee warmtepompen, maar de minister heeft deze subsidie op nihil vastgesteld omdat de onderneming onjuiste gegevens had verstrekt. De minister concludeerde terecht dat de onderneming de aankoopverplichting al op 14 november 2022 was aangegaan, voordat de subsidieaanvraag was ingediend. Dit betekent dat de aanvraag niet voldeed aan het vereiste van stimulerend effect, zoals voorgeschreven in de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies.
De onderneming voerde aan dat de minister ten onrechte had geconcludeerd dat er geen stimulerend effect was, omdat zij de warmtepompen juist vanwege de subsidiëringsmogelijkheid had aangeschaft. Tijdens de zitting op 17 oktober 2025 werd echter duidelijk dat de aanbetaling voor de warmtepompen al vóór de subsidieaanvraag was gedaan. Het College oordeelde dat de minister bevoegd was om de subsidie op nihil vast te stellen, omdat de onderneming onjuiste informatie had verstrekt over de aankoopdatum.
Het beroep van de onderneming op het vertrouwensbeginsel werd afgewezen, omdat er geen toezeggingen waren gedaan door de overheid die de onderneming redelijkerwijs kon doen vertrouwen op een positieve beslissing. Het College verklaarde het beroep ongegrond en de minister was niet verplicht om proceskosten te vergoeden.