ECLI:NL:CBB:2025:626
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. van Duuren
- H. Caglayankaya
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de nihilstelling van een subsidie voor een warmtepomp op basis van onjuiste gegevens verstrekt door de onderneming
In deze zaak heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 25 november 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen [naam 1] B.V. en de minister van Klimaat en Groene Groei. De onderneming had een subsidie aangevraagd voor de aanschaf van een warmtepomp, maar de minister stelde deze subsidie op nihil vast omdat de onderneming onjuiste gegevens had verstrekt. De minister concludeerde dat de onderneming de aankoopverplichting al op 7 september 2023 was aangegaan, terwijl de subsidieaanvraag pas op 21 september 2023 was ingediend. Dit leidde tot de conclusie dat niet was voldaan aan het vereiste van stimulerend effect, zoals voorgeschreven in de Europese regelgeving en het Kaderbesluit nationale EZK- en LNV-subsidies.
De onderneming betwistte de nihilstelling en stelde dat er wel degelijk sprake was van een stimulerend effect, omdat de subsidie haar had aangespoord om in de warmtepomp te investeren. De onderneming voerde aan dat zij pas op 4 december 2023 een definitieve opdracht had gegeven aan het installatiebedrijf, maar het College oordeelde dat de aankoopverplichting al eerder was aangegaan. De minister had, indien hij op de hoogte was geweest van de werkelijke aankoopdatum, de subsidieaanvraag moeten afwijzen.
Het College concludeerde dat de minister bevoegd was om de subsidie op nihil vast te stellen en dat de onderneming niet had bestreden dat de minister van deze bevoegdheid gebruik had mogen maken. Het beroep van de onderneming werd ongegrond verklaard, en de minister hoefde geen proceskosten te vergoeden.