ECLI:NL:CRVB:2004:AO8063
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Blokkering van bijstandsuitkering en onderzoek door sociale recherche
In deze zaak gaat het om de blokkering van de bijstandsuitkering van appellant, die in hoger beroep is gegaan tegen de ongegrondverklaring van zijn bezwaren door de rechtbank. De Centrale Raad van Beroep heeft op 20 april 2004 uitspraak gedaan in het hoger beroep dat was ingesteld tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Utrecht. De zaak betreft de blokkering van de bijstandsuitkering van appellant, die samen met zijn echtgenote een uitkering ontving op basis van de Algemene bijstandswet (Abw). De blokkering vond plaats naar aanleiding van een onderzoek door de sociale recherche, dat was ingesteld vanwege vermoedens van werkgevers- en premiefraude in verband met het bedrijf van appellant. De Raad heeft vastgesteld dat de rechtbank zich ten onrechte heeft uitgesproken over de onherroepelijkheid van een eerder besluit van gedaagde, dat niet ter beoordeling stond in deze procedure. De Raad oordeelt dat de blokkering van de uitkering terecht heeft plaatsgevonden, omdat appellant zijn inlichtingenplicht niet is nagekomen. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep tegen het besluit van 6 juni 2000 ongegrond. Tevens wordt bepaald dat de gemeente Utrecht het betaalde griffierecht aan appellant vergoedt.