ECLI:NL:CRVB:2004:AR5405
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- C.G. Kasdorp
- G.L.M.J. Stevens
- C.P.J. Goorden
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijkheidsverklaring van een beroepschrift in het bestuursrecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 november 2004 uitspraak gedaan over het verzet van een opposant tegen een eerdere niet-ontvankelijkheidsverklaring van zijn beroepschrift. Het oorspronkelijke beroep was op 27 november 2003 niet-ontvankelijk verklaard omdat het beroepschrift niet tijdig was ingediend. De opposant heeft op 7 januari 2004 verzet aangetekend tegen deze uitspraak. Tijdens de zitting op 23 september 2004 is de opposant in persoon verschenen, terwijl de geopposeerde, de Raadskamer WUBO van de Pensioen- en Uitkeringsraad, werd vertegenwoordigd door J.A. Groeneveld.
De Raad heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de opposant geen gegronde redenen heeft aangevoerd die het verzet zouden kunnen rechtvaardigen. De door de opposant aangevoerde redenen, waaronder psychische en lichamelijke problemen, zijn niet onderbouwd met medische gegevens die aantonen dat hij gedurende de gehele beroepstermijn niet in staat was om een beroepschrift in te dienen. De Raad concludeert dat de opposant in verzuim is geweest door het te laat indienen van zijn beroepschrift.
Daarom heeft de Centrale Raad van Beroep het verzet ongegrond verklaard en geen termen aanwezig geacht voor een proceskostenvergoeding. De uitspraak is gedaan door mr. C.G. Kasdorp als voorzitter en mr. G.L.M.J. Stevens en mr. C.P.J. Goorden als leden, in aanwezigheid van griffier L. Karssenberg, en is openbaar uitgesproken op 4 november 2004.