ECLI:NL:CRVB:2005:AS7870
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- T. Hoogenboom
- C.P.J. Goorden
- J. Riphagen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake beschikbaarheid voor werk en WW-uitkering
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) tegen een uitspraak van de rechtbank Breda. De rechtbank had het beroep van gedaagde gegrond verklaard en het bestreden besluit van het Uwv vernietigd, omdat het Uwv niet had onderzocht of gedaagde vanaf december 2001 beschikbaar was voor werk. Gedaagde had in bezwaar aangegeven dat zij na de behandelingsperiode, vanaf december 2001, wel beschikbaar was om arbeid te aanvaarden. De rechtbank oordeelde dat het Uwv niet had mogen volstaan met de conclusie dat gedaagde per 24 april 2000 niet beschikbaar was voor werk, zonder te onderzoeken of de belemmeringen inmiddels waren opgeheven.
In hoger beroep bestreed het Uwv het oordeel van de rechtbank. Het Uwv voerde aan dat de rechtbank buiten het rechtsgeschil was getreden, omdat de primaire beschikking van 3 december 2001 de rechtsgevolgen met ingang van 24 april 2000 vaststelde. De Raad overwoog dat het niet in geschil was dat gedaagde met ingang van 24 april 2000 niet beschikbaar was voor werk en dat het Uwv de WW-uitkering terecht had geweigerd. De Raad concludeerde dat de rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat het Uwv bij het bestreden besluit de beschikbaarheid van gedaagde voor werk vanaf december 2001 had moeten onderzoeken. De Raad oordeelde dat gedaagde's verzoek om een nieuw besluit over haar beschikbaarheid vanaf december 2001 door het Uwv als zodanig moest worden opgevat en dat dit in een nieuw besluit moest worden beoordeeld.
De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak en verklaarde het beroep ongegrond. Tevens werd geen vergoeding van proceskosten toegewezen, omdat er geen termen aanwezig waren om dit te doen. De uitspraak benadrukt het belang van het onderzoeken van de beschikbaarheid voor werk in het kader van de Werkloosheidswet, en dat een nieuw besluit noodzakelijk is voor de beoordeling van de beschikbaarheid van gedaagde vanaf december 2001.