ECLI:NL:CRVB:2008:BD1360
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- J.W. Schuttel
- I.M.J. Hilhorst-Hagen
- A.T. de Kwaasteniet
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van eerdere uitspraak inzake WAO-uitkeringen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 25 april 2008 uitspraak gedaan op het verzoek van een verzoeker om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 16 maart 2007. Het verzoek om herziening was gericht tegen de uitspraken van de Raad in de gedingen 04/6229 en 05/6188, waarbij eerdere besluiten van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) waren vernietigd. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. W.C. de Jonge, stelde dat de Raad ongemotiveerd had geweigerd om verder te gaan met jurisprudentieontwikkeling na een eerdere uitspraak van de Raad. De gemachtigde van verzoeker voerde aan dat de rapporten van mevrouw Verhage van het Instituut Psychosofia niet correct waren beoordeeld door de Raad en het Uwv.
De Centrale Raad overwoog dat herziening van een uitspraak alleen mogelijk is op basis van nieuwe feiten of omstandigheden, zoals bedoeld in artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad stelde vast dat de gemachtigde van verzoeker geen nieuwe feiten of omstandigheden had aangevoerd die tot herziening zouden kunnen leiden. De Raad benadrukte dat een hernieuwde discussie over de zaak en de juistheid van de eerdere uitspraak niet aan de orde kon zijn in het kader van het verzoek om herziening. Daarom werd het verzoek om herziening afgewezen.
De Raad besloot ook dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met J.W. Schuttel als voorzitter, en de leden I.M.J. Hilhorst-Hagen en A.T. de Kwaasteniet. De beslissing werd in het openbaar uitgesproken, met M. Lochs als griffier.