ECLI:NL:CRVB:2008:BD3512
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J. Janssen
- G.J.H. Doornewaard
- J. Brand
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake vordering wegens meerinkomen en schending van het vertrouwensbeginsel in het kader van studiefinanciering
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de hoofddirectie van de Informatie Beheer Groep (appellante) tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De rechtbank had het beroep van betrokkene gegrond verklaard en het besluit van appellante vernietigd, waarbij appellante een vordering wegens meerinkomen had vastgesteld. Betrokkene ontving studiefinanciering over de periode van januari tot en met september 2003 en had in die periode neveninkomsten uit onderneming. Appellante had het toetsingsinkomen van betrokkene vastgesteld op € 10.895,70, wat leidde tot een vordering van € 1.048,48 wegens meerinkomen. Na bezwaar werd het toetsingsinkomen verlaagd, maar betrokkene bleef van mening dat de berekening van zijn inkomen niet correct was, vooral met betrekking tot de maanden waarin hij geen studiefinanciering ontving.
De Centrale Raad van Beroep heeft het hoger beroep van appellante gegrond verklaard. De Raad oordeelde dat de rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat appellante nalatig was in haar informatieplicht. Betrokkene had niet kunnen aantonen dat hij onjuist was voorgelicht over de berekeningswijze van zijn inkomen. De Raad benadrukte dat de wetgever een systeem heeft gekozen waarbij de winst uit onderneming over een kalenderjaar wordt herleid tot maandbedragen, en dat de door betrokkene voorgestane berekeningswijze geen steun in de wet vond. De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak en verklaarde het beroep van betrokkene ongegrond.