ECLI:NL:CRVB:2009:BJ9067

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
30 september 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
08-6333 ZW
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Procedures
  • Herziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake sociale zekerheidswetgeving

In deze zaak heeft verzoekster, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. W.C. de Jonge, een verzoek tot herziening ingediend van een eerdere uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 10 september 2008. Dit verzoek is gedaan in het kader van de sociale zekerheidswetgeving, specifiek onder de noemer 08/6333 ZW. De Centrale Raad van Beroep heeft op 30 september 2009 uitspraak gedaan op het verzoek om herziening. Tijdens de zitting op 19 augustus 2009 zijn partijen niet verschenen, ondanks dat het Uwv een verweerschrift had ingediend.

De Raad heeft overwogen dat verzoekster van mening is dat haar aanspraken in de eerdere uitspraak niet naar behoren zijn erkend. De gronden voor het verzoek zijn uiteengezet in een aanvullend verzoekschrift en bijbehorende documenten, waaronder brieven van een oefentherapeute en een huisarts. De Raad heeft echter vastgesteld dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die aanleiding geven tot herziening van de eerdere uitspraak, zoals vereist onder artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht.

Daarom heeft de Raad besloten het verzoek om herziening af te wijzen. De uitspraak is gedaan door C.P.J. Goorden, met J.M. Tason Avila als griffier, en is openbaar uitgesproken op 30 september 2009.

Uitspraak

08/6333 ZW
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
U I T S P R A A K
Als bedoeld in artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet op het verzoek om herziening van:
[Verzoekster], wonende te [woonplaats] (hierna: verzoekster),
van de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 10 september 2008 (06/7383 ZW),
in het geding in hoger beroep tussen:
verzoekster
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv).
Datum uitspraak: 30 september 2009
I. PROCESVERLOOP
Namens verzoekster heeft mr. W.C. de Jonge, advocaat te Vlaardingen, verzocht om herziening van de uitspraak van de Raad van 10 september 2008 (06/7383 ZW).
Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 19 augustus 2009. Partijen zijn met kennisgeving niet verschenen.
II. OVERWEGINGEN
1. Verzoekster is van mening dat haar aanspraken bij de bestreden uitspraak niet naar behoren zijn erkend. De gronden van het verzoek zijn uiteengezet in het aanvullende verzoekschrift van 7 januari 2008 en de daarbij overgelegde brieven van de oefentherapeute Cesar van 10 november 2003, 7 mei 2005, 6 april 2006 en 9 april 2006 en het huisartsjournaal van 4 april 2006.
2.1. De Raad overweegt dat de door de gemachtigde van verzoekster gewenste hernieuwde discussie over de betrokken zaak en de juistheid van de bestreden uitspraak niet kan worden gevoerd, tenzij sprake is van nieuwe feiten of omstandigheden als bedoeld in artikel 8:88, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2.2. De Raad acht echter noch in het aanvullend verzoekschrift, noch in de daarbij overgelegde stukken enig nieuw feit of enige nieuwe omstandigheid als bedoeld in artikel 8:88 van de Awb gelegen. Daarom dient het verzoek om herziening te worden afgewezen.
3. De Raad acht geen termen aanwezig om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Awb.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep,
Recht doende:
Wijst het verzoek om herziening af.
Deze uitspraak is gedaan door C.P.J. Goorden, in tegenwoordigheid van J.M. Tason Avila als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 30 september 2009.
(get.) C.P.J. Goorden.
(get.) J.M. Tason Avila.
EK