ECLI:NL:CRVB:2010:BO9612
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- Ch. van Voorst
- C.P.J. Goorden
- A.A.H. Schifferstein
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake WIA en ZW door de Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft verzoeker, vertegenwoordigd door mr. W.C. de Jonge, een verzoek tot herziening ingediend bij de Centrale Raad van Beroep. Dit verzoek was gericht tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 19 mei 2010, waarin de aanspraken van verzoeker op het gebied van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) en de Ziektewet (ZW) niet naar behoren zouden zijn erkend. Verzoeker stelde dat er sprake was van evidente onjuistheid en foutieve uitleg van de jurisprudentie, en dat er nieuwe feiten en omstandigheden waren die een herziening rechtvaardigden.
Tijdens de zitting op 15 december 2010 heeft de Raad vastgesteld dat het verzoek om herziening niet kon worden ingewilligd. De Raad oordeelde dat verzoeker in feite opnieuw de verzekeringsgeneeskundige beoordeling aan de orde wilde stellen, wat niet mogelijk was in het kader van de herzieningsprocedure, tenzij er nieuwe feiten of omstandigheden waren die dit rechtvaardigden. De Raad heeft geconcludeerd dat er in het verzoekschrift geen nieuw feit of enige nieuwe omstandigheid was aangetoond die onder artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) viel.
Daarom heeft de Centrale Raad van Beroep het verzoek om herziening afgewezen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met Ch. van Voorst als voorzitter en C.P.J. Goorden en A.A.H. Schifferstein als leden. De beslissing is openbaar uitgesproken op 29 december 2010, met M.A. van Amerongen als griffier.