ECLI:NL:CRVB:2012:BV0848
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- I.M.J. Hilhorst-Hagen
- J.R. Baas
- Rechtspraak.nl
Herziening van het recht op studiefinanciering en de gevolgen van uitschrijving als student
In deze zaak gaat het om de herziening van het recht op studiefinanciering van appellant, die in hoger beroep is gegaan tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De Centrale Raad van Beroep heeft op 13 januari 2012 uitspraak gedaan in deze kwestie. Appellant had vorderingen wegens teveel verstrekte studiefinanciering en onterecht OV-kaartbezit opgelegd gekregen. De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap had op 16 april 2010 besloten om het recht op studiefinanciering van appellant te herzien, omdat hij volgens een inschrijvingscontrole niet stond ingeschreven als student in de relevante periode van 1 oktober tot en met 31 december 2009.
De Raad overweegt dat de uitschrijving als student een zaak is tussen de onderwijsinstelling en de student. Appellant heeft in hoger beroep aangevoerd dat de onderwijsinstelling een fout heeft gemaakt, maar hij heeft geen mogelijkheden gezien om tegen die instelling op te treden. De Raad concludeert dat appellant in de bewuste periode niet ingeschreven was als student, en dat de omzetting van de prestatiebeurs in een gift niet mogelijk is, omdat appellant geen recht heeft op een prestatiebeurs. Dit besluit van de Minister is bevestigd, ondanks dat appellant feitelijk studiefinanciering heeft ontvangen in die maanden.
De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling, omdat er geen redelijkerwijs gemaakte kosten zijn aangetoond. De uitspraak van de rechtbank is bevestigd, en het hoger beroep van appellant is afgewezen. De uitspraak is openbaar gedaan en de betrokken partijen zijn gehoord.