ECLI:NL:CRVB:2013:2737
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.P.M. Zeijen
- J.F. Bandringa
- G. van Zeben-de Vries
- Rechtspraak.nl
Intrekking van bijstand wegens schending van de inlichtingenverplichting en terugvordering van gemaakte kosten
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 december 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De appellant ontving bijstand op basis van de Wet werk en bijstand (WWB), maar zijn bijstand werd per 1 september 2007 ingetrokken omdat hij de inlichtingenverplichting had geschonden. Appellant heeft hiertegen geen bezwaar gemaakt, waardoor dit besluit in rechte onaantastbaar is geworden. Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam heeft vervolgens de gemaakte kosten van bijstand over de periode van 1 september 2007 tot en met 30 september 2007 teruggevorderd, tot een bedrag van € 830,47.
In de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard. Appellant heeft in hoger beroep aangevoerd dat het college een te hoog bedrag van hem terugvordert. De Raad heeft echter vastgesteld dat het college bevoegd was om de kosten terug te vorderen, aangezien het besluit tot intrekking van de bijstand niet meer kon worden aangevochten. De Raad heeft geconcludeerd dat de beroepsgrond van appellant niet slaagde, omdat het teruggevorderde bedrag overeenkwam met de gemaakte kosten van bijstand en appellant deze grond niet had onderbouwd.
De Raad heeft de aangevallen uitspraak bevestigd en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.