ECLI:NL:CRVB:2014:1522
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- A. Beuker-Tilstra
- R. Kooper
- G.L.M.J. Stevens
- Rechtspraak.nl
Herziening van het invaliditeitspercentage van een Wiv-uitkering na verzoek tot herziening
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 1 mei 2014 uitspraak gedaan over een herzieningsverzoek van appellant met betrekking tot zijn invaliditeitspercentage op basis van de Wet buitengewoon pensioen Indisch Verzet (Wiv). Appellant, geboren in 1920 in het voormalig Nederlands-Indië, was beroepsmilitair en heeft tijdens de Tweede Wereldoorlog verzetsactiviteiten verricht. In 1996 werd hij erkend als deelnemer aan het verzet en ontving hij een buitengewoon pensioen op basis van een geschat invaliditeitspercentage van 40% dat gerelateerd was aan zijn verzetsactiviteiten.
Appellant heeft in de loop der jaren meerdere keren verzocht om herziening van zijn invaliditeitspercentage, met de stelling dat zijn verzetsgerelateerde invaliditeit was toegenomen. De Raad heeft in eerdere uitspraken, waaronder die van 20 augustus 2009, vastgesteld dat er geen sprake was van een verergering van de klachten en dat de verhouding tussen de verzetsgerelateerde en andere oorlogsgerelateerde klachten niet was gewijzigd. In deze procedure heeft appellant opnieuw een rapport overgelegd van psychiater W.C. Bohlmeijer, die een hoger percentage van 60% voor de oorlogsgerelateerde psychische invaliditeit voorstelde.
De Raad heeft echter geoordeeld dat de beschikbare medische gegevens geen nieuwe feiten of omstandigheden bieden die een andere waardering van het invaliditeitspercentage rechtvaardigen. De Raad concludeert dat de eerdere vaststelling van het invaliditeitspercentage van 40% nog steeds van toepassing is en dat er geen aanleiding is om het beroep van appellant gegrond te verklaren. De Raad heeft de grote waardering voor de verzetsactiviteiten van appellant benadrukt, maar heeft vastgesteld dat de gevolgen van deze activiteiten voor zijn latere functioneren niet tot een hogere invaliditeit leiden. De uitspraak eindigt met de beslissing dat het beroep ongegrond wordt verklaard.