ECLI:NL:CRVB:2014:4213
Centrale Raad van Beroep
- Proces-verbaal
- H.C.P. Venema
- G. van Zeben-de Vries
- M.I. ’t Hooft
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van indicatie zorgfunctie
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 november 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De appellant, die een aanvraag had ingediend voor verlenging van zijn indicatie voor zorgfuncties, was in hoger beroep gegaan tegen de beslissing van het CIZ. De Raad heeft vastgesteld dat de indicatie voor de zorgfunctie begeleiding groep reeds was verstreken en dat er geen procesbelang meer was voor de appellant. De Raad heeft in zijn overwegingen benadrukt dat voor het aannemen van procesbelang, er een daadwerkelijk te bereiken resultaat moet zijn dat van feitelijke betekenis is voor de indiener. In dit geval was het besluit van 3 maart 2014, dat een nieuwe indicatie verleende, inmiddels onherroepelijk en de appellant had geen verzoek tot schadevergoeding ingediend. Hierdoor was er geen aanleiding voor de Raad om de beroepen ontvankelijk te verklaren. De uitspraak is openbaar gedaan en de Raad heeft de beroepen niet-ontvankelijk verklaard, zonder proceskostenveroordeling.