ECLI:NL:CRVB:2015:1007
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering WIA-uitkering op basis van arbeidsongeschiktheid en medische beoordeling
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 1 april 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Maastricht. Appellante, die als administratief medewerkster heeft gewerkt, had zich ziek gemeld vanwege psychische klachten en vroeg een WIA-uitkering aan. Het Uwv weigerde deze aanvraag omdat appellante minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. De rechtbank bevestigde deze beslissing, waarop appellante in hoger beroep ging. Tijdens de zitting op 18 februari 2015 heeft appellante haar standpunten herhaald en aangevoerd dat het medische onderzoek niet zorgvuldig was uitgevoerd. De Raad heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de medische rapporten en de beoordeling van de verzekeringsarts. De Raad concludeerde dat het Uwv voldoende rekening had gehouden met de belangen van appellante en dat het onderzoek naar haar arbeidsongeschiktheid zorgvuldig was. De Raad onderschreef de overwegingen van de rechtbank en oordeelde dat er geen reden was om het oordeel van de rechtbank te weerleggen. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en het hoger beroep van appellante werd afgewezen. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.