ECLI:NL:CRVB:2015:1184
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- C. van Viegen
- G.M.G. Hink
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkverklaring incidenteel hoger beroepen in sociale zekerheidszaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op de hoger beroepen van het dagelijks bestuur van Orionis Walcheren tegen de uitspraken van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De rechtbank had eerder de bestreden besluiten van appellant vernietigd, maar de Raad oordeelt dat de rechtbank dit ten onrechte heeft gedaan. De Raad stelt vast dat de bestreden besluiten voldoende gemotiveerd waren en dat het gedrag van betrokkene tijdens een proefdag bij [Z.C.] de reden was voor de opgelegde maatregel en de afwijzing van de participatiepremie.
De Raad heeft ook de tijdigheid van het incidenteel hoger beroep van betrokkene beoordeeld. Het blijkt dat dit niet tijdig is ingediend, en er is geen sprake van een verschoonbare termijnoverschrijding. Hierdoor verklaart de Raad de incidenteel hoger beroepen niet-ontvankelijk.
De uitspraak van de Raad vernietigt de eerdere uitspraken van de rechtbank en verklaart de beroepen van betrokkene ongegrond. De Raad komt tot de conclusie dat er geen aanleiding is voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met R.H.M. Roelofs als voorzitter, en is openbaar uitgesproken op 14 april 2015.