ECLI:NL:CRVB:2015:2878
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C.W.J. Schoor
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake WGA-uitkering en medische geschiktheid
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant, waarin het bezwaar tegen de WGA-uitkering van het Uwv ongegrond werd verklaard. Appellant, die zijn werkzaamheden als groepsleerkracht heeft gestaakt wegens psychische klachten, heeft in hoger beroep aangevoerd dat zijn psychische beperkingen niet correct zijn gewaardeerd in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 6 november 2012. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep de medische beperkingen op een juiste manier had weergegeven en dat de geselecteerde functies medisch passend waren voor appellant. Tijdens de zitting op 26 juni 2015 heeft appellant zijn standpunt toegelicht, bijgestaan door zijn advocaat, terwijl het Uwv werd vertegenwoordigd door een andere advocaat. De Centrale Raad van Beroep heeft de argumenten van appellant en het Uwv overwogen en geconcludeerd dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat het multidisciplinair rapport van psychiater Trompenaars en psycholoog Ligthart niet leidde tot een andere inschatting van de functionele mogelijkheden van appellant. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek van appellant tot schadevergoeding af. De uitspraak is gedaan op 7 augustus 2015.