ECLI:NL:CRVB:2015:3800
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- D.J. van der Vos
- J. Riphagen
- P.H. Banda
- Rechtspraak.nl
Weigering IVA-uitkering wegens onvoldoende duurzame arbeidsongeschiktheid
In deze zaak gaat het om de weigering van een IVA-uitkering aan appellante, die zich had ziek gemeld met psychische klachten. Appellante was voorheen werkzaam als productiemedewerkster en had in het verleden recht gehad op een IVA-uitkering. Echter, na een herbeoordeling door het Uwv in 2012 werd vastgesteld dat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt was, wat leidde tot de intrekking van haar IVA-uitkering. Appellante ging in beroep tegen deze beslissing, maar de rechtbank Overijssel oordeelde dat het Uwv voldoende had gemotiveerd dat er een kans op verbetering van haar belastbaarheid bestond. Appellante ging vervolgens in hoger beroep, waarbij zij aanvoerde dat haar psychische klachten niet waren verbeterd en dat zij volledig en duurzaam arbeidsongeschikt was. De Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het Uwv terecht had geconcludeerd dat er voldoende aanknopingspunten waren voor de verwachting van verbetering van appellante's situatie. De Raad benadrukte dat de GAF-score niet geschikt is om beperkingen in sociaal of beroepsmatig functioneren vast te leggen en dat appellante geen nieuwe medische informatie had overgelegd die een ander oordeel rechtvaardigde. De uitspraak werd gedaan op 26 oktober 2015.