ECLI:NL:CRVB:2015:4742
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bijstandsaanvraag voor dak- en thuisloze op basis van onvoldoende bewijs van zwervend bestaan
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 22 december 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Noord-Holland. De appellante had een aanvraag ingediend voor bijstand op grond van de Wet werk en bijstand (WWB), waarbij zij stelde dak- en thuisloos te zijn. De rechtbank had de aanvraag van appellante eerder afgewezen, omdat zij niet voldoende bewijs had geleverd dat zij een zwervend bestaan leidde. De Raad bevestigde deze uitspraak en oordeelde dat appellante niet aannemelijk had gemaakt dat zij ten tijde van de aanvraag daadwerkelijk dakloos was. De Raad baseerde zich op de verklaringen van appellante zelf, waarin zij aangaf op verschillende adressen in de gemeente Hoorn te verblijven, en op het feit dat zij geen verifieerbare feiten had aangedragen die haar claim van dakloosheid konden ondersteunen. De Raad benadrukte dat het aan appellante was om aan te tonen dat zij in aanmerking kwam voor bijstand als dak- en thuisloze, maar dat zij hierin niet was geslaagd. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen veroordeling in de proceskosten uitgesproken.