ECLI:NL:CRVB:2016:1365
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.F. Bandringa
- A.M. Overbeeke
- C.W.J. Schoor
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake bijstandsverlaging wegens onvoldoende verantwoordelijkheidsbesef
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, die het beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Den Haag ongegrond heeft verklaard. Appellant, die parttime in Engeland werkte, heeft zijn baan opgezegd en is met zijn gezin naar Nederland verhuisd zonder zich te verzekeren van een inkomen. Het college heeft daarop de bijstand van appellant met 100% verlaagd voor de duur van één maand, omdat hij blijk gaf van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan. Appellant heeft aangevoerd dat hij deze beslissing niet terecht vond, omdat hij handelde in het belang van de gezondheid van zijn kinderen, die lijden aan allergieën en een longaandoening. Hij stelde dat hij in Engeland meerdere keren had geprobeerd een betere woonomgeving te vinden, maar zonder succes. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het college de maatregel op goede gronden heeft opgelegd. De Raad oordeelde dat appellant niet voldoende bewijs heeft geleverd dat zijn verhuizing naar Nederland noodzakelijk was voor de gezondheid van zijn kinderen. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de verlaging van de bijstand terecht was.