ECLI:NL:CRVB:2016:2685
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering Wajong-uitkering op basis van medische grondslag en deskundigenrapport
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 15 juli 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Midden-Nederland. Appellant had een Wajong-uitkering aangevraagd, maar het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) had deze aanvraag afgewezen op basis van de vaststelling dat appellant minder dan 25% arbeidsongeschikt was. De Raad heeft het rapport van de door hem ingeschakelde deskundige psychiater G.T. Gerssen gevolgd, die concludeerde dat appellant op de relevante data geen medische redenen had die een andere beoordeling rechtvaardigden. De deskundige oordeelde dat de beperkingen van appellant in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) adequaat waren en dat er geen noodzaak was voor begeleiding door een jobcoach. Appellant had in hoger beroep aangevoerd dat er te weinig beperkingen waren opgenomen in de FML en dat zijn situatie complexer was dan door het Uwv werd aangenomen. De Raad oordeelde echter dat de deskundige zijn conclusies overtuigend had gemotiveerd en dat er geen nieuwe medische feiten waren die de eerdere afwijzing konden onderbouwen. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en wees het verzoek om schadevergoeding af.