Uitspraak
OVERWEGINGEN
.Er is sprake van PTSS, geen persoonlijkheidsstoornis. Visser acht aanvullende beperkingen op het gebied van eigen gevoelens uiten, omgaan met conflicten en samenwerken aan de orde. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft hierin aanleiding gezien op 17 juli 2015 een gewijzigde FML op te stellen, waarbij met genoemde aspecten rekening is gehouden. Vervolgens heeft de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep de arbeidskundige gevolgen hiervan beoordeeld en vastgesteld dat de eerder voorgehouden functies ongewijzigd geschikt blijven
.Appellant heeft zich op het standpunt gesteld dat hij op grond van het rapport van Visser als verdergaand beperkt beschouwd moet worden dan door het Uwv is aangenomen. In een nader rapport van 8 september 2015 heeft Visser te kennen gegeven dat sprake is van ernstige beperkingen omdat appellant beschrijft snel boos te zijn, agressief en voortdurend geprikkeld. Appellant heeft op grond hiervan gesteld dat hij meer beperkt moet worden geacht voor het hanteren van conflicten. Ook voor samenwerken bestaat een beperking voor direct contact met collega’s, omdat met name de sociale interactie voor appellant problematisch is. Het Uwv heeft het ingenomen standpunt gehandhaafd.
BESLISSING
14 oktober 2016.