ECLI:NL:CRVB:2016:4682
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak inzake afwijzing aanvraag gehandicaptenparkeerkaart type bestuurder
In deze tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep, gedateerd 7 december 2016, wordt de afwijzing van een aanvraag voor een gehandicaptenparkeerkaart type bestuurder door het college van burgemeester en wethouders van Leiden besproken. Appellant, die sinds zijn geboorte lijdt aan een neurologische aandoening aan zijn linkerarm en -hand, heeft in 2014 een aanvraag ingediend voor een gehandicaptenparkeerkaart. Het college heeft deze aanvraag afgewezen op basis van medische adviezen van de GGD Hollands Midden, die concludeerden dat appellant in staat was om meer dan 100 meter te lopen. De rechtbank Den Haag heeft het beroep van appellant ongegrond verklaard, maar appellant heeft in hoger beroep betoogd dat de keuringsarts onvoldoende rekening heeft gehouden met zijn beperkingen aan de armen en dat er geen looptest is uitgevoerd.
De Raad voor de Rechtspraak oordeelt dat het college zich onvoldoende heeft vergewist van de zorgvuldigheid van het onderzoek dat aan de medische adviezen ten grondslag lag. De Raad stelt vast dat de medische adviezen niet transparant zijn en dat er geen duidelijkheid is over de informatie die is gebruikt om de conclusies te trekken. De Raad draagt het college op om het gebrek in het besluit te herstellen door een nader medisch onderzoek te laten verrichten. De termijn voor herstel is vastgesteld op zes weken na de datum van de uitspraak.