ECLI:NL:CRVB:2016:830
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van arbeidsongeschiktheid en recht op ziekengeld na meerdere ziekmeldingen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 maart 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Limburg. Appellante, die als magazijnmedewerker werkte, heeft zich in 2008 ziek gemeld en ontving een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW). Na een beoordeling door het Uwv werd vastgesteld dat zij per 2 november 2010 minder dan 35% arbeidsongeschikt was, waardoor zij geen recht had op een WIA-uitkering. Appellante heeft zich in de daaropvolgende jaren meerdere keren ziek gemeld, onder andere wegens een schouderoperatie en psychische klachten. Het Uwv heeft in verschillende besluiten vastgesteld dat appellante geen recht had op ziekengeld en dat zij geschikt was voor bepaalde functies, ondanks haar klachten.
In hoger beroep heeft appellante betoogd dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat zij in staat was om de geduide functies te vervullen. De Raad heeft echter geoordeeld dat de overwegingen van de rechtbank juist zijn en dat er geen aanleiding is om te twijfelen aan de medische standpunten van de verzekeringsartsen. De Raad heeft vastgesteld dat de psychische klachten van appellante niet aan werkhervatting in de weg staan en dat de eerdere beoordelingen van haar belastbaarheid correct zijn uitgevoerd. De Raad heeft ook geoordeeld dat de omstandigheden rondom een nieuwe ziekmelding in 2014 niet van invloed zijn op de beoordeling van het geschil in deze zaak.
De Centrale Raad van Beroep heeft de uitspraak van de rechtbank bevestigd en geoordeeld dat het hoger beroep van appellante niet slaagt. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, en de uitspraak is openbaar gedaan op 2 maart 2016.