Uitspraak
OVERWEGINGEN
18 april 2015 (datum in geding) geen recht meer heeft op ziekengeld.
,het Resultaat functiebeoordeling en het rapport van de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep van
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 7 april 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep over de arbeidsongeschiktheid van appellant en zijn recht op een Ziektewet (ZW) uitkering. Appellant had zich op 4 februari 2014 ziek gemeld vanwege psychische en lichamelijke klachten, na eerder als schoonmaker te hebben gewerkt. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) had appellant in juni 2014 in aanmerking gebracht voor een ZW-uitkering, maar na een Eerstejaars ZW-beoordeling concludeerde de verzekeringsarts dat appellant niet volledig arbeidsongeschikt was. De verzekeringsarts stelde beperkingen vast in een Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) en concludeerde dat appellant in staat was om meer dan 65% van het maatmanloon te verdienen.
Appellant ging in bezwaar tegen het besluit van het Uwv dat hij per 18 april 2015 geen recht meer had op ziekengeld. De verzekeringsarts bezwaar en beroep bevestigde de eerdere bevindingen, maar voegde enkele beperkingen toe op basis van de psychische aandoeningen van appellant. De rechtbank Amsterdam verklaarde het beroep van appellant ongegrond, waarna hij in hoger beroep ging. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat er geen aanwijzingen waren dat het medisch onderzoek onzorgvuldig was en dat de medische beoordeling juist was. Appellant had onvoldoende onderbouwd dat hij op de datum in geding volledig arbeidsongeschikt was.
De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het Uwv op goede gronden had beslist dat appellant geen recht had op een ZW-uitkering. De argumenten van appellant in hoger beroep werden als herhalingen van eerdere stellingen beschouwd, en de Raad vond geen reden om aan de medische inschatting van de verzekeringsartsen te twijfelen. De uitspraak werd openbaar gedaan en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.