ECLI:NL:CRVB:2017:2444
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Stehouwer
- W.F. Claessens
- M. Hillen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake maatregel bijstandsverlaging wegens onvoldoende meewerken aan arbeidsinschakeling
Op 18 juli 2017 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een hoger beroep van appellant tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Almere. Appellant ontving bijstand op grond van de Wet werk en bijstand (WWB) en had de verplichting om mee te werken aan arbeidsinschakeling. Het college had eerder maatregelen opgelegd wegens onvoldoende medewerking van appellant aan aangeboden voorzieningen. In totaal had appellant zijn bijstand meerdere keren met 50% zien verlaagd, maar hij had geen bezwaar gemaakt tegen deze besluiten.
De Raad oordeelde dat appellant niet aannemelijk had gemaakt dat hij door persoonlijke en sociale omstandigheden of medische beperkingen niet in staat was om het aangeboden werk bij Connexxion te verrichten. De bewijslast lag bij appellant, en hij was hierin niet geslaagd. De Raad concludeerde dat het college terecht de bijstand had verlaagd, maar dat de duur van de maatregel niet correct was toegepast. De Raad oordeelde dat de recidive van appellant niet leidde tot een verdubbeling van de maatregel, zoals het college had gedaan.
De uitspraak van de rechtbank werd vernietigd, en de Raad herstelde de maatregel tot een verlaging van 50% voor de duur van twee maanden, met ingang van 1 maart 2014. Tevens werd het college veroordeeld in de proceskosten van appellant, die in totaal € 2.970,- bedroegen. De uitspraak werd openbaar gedaan op 18 juli 2017.