Uitspraak
OVERWEGINGEN
WAO- en Wajonguitkeringen ongewijzigd blijven. Het door appellant tegen dit besluit gemaakte bezwaar is ongegrond verklaard bij beslissing op bezwaar van 8 juli 2014 (bestreden besluit).
13 december 2013 niet aan de orde zijn. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft, blijkens het rapport van 19 juni 2014, rekening gehouden met onder meer de informatie van de behandelend orthopeed van 22 oktober 2012, waaruit blijkt dat uit de onlangs gemaakte MRI-scan naar voren komt dat sprake is van een vernauwde recessus met litteken bulging paramediaan en wortelbeïnvloeding S1 links. Bedoelde MRI-scan is rond de datum in geding gemaakt. De opmerking van anesthesioloog Gort in zijn brief van 11 november 2014 dat hij appellant op dat moment niet in staat acht om vijf dagen per week vier uur te werken, ziet ten eerste niet op de datum in geding van 20 september 2012 en bovendien, daargelaten de vraag of een behandelaar zich mag en, gelet op zijn deskundigheid, kan uitlaten over de arbeidsgeschiktheid van zijn patiënten, blijkt uit de brief niet dat appellant ongeschikt is om zijn eigen werk in WSW-verband te verrichten. Wat betreft de in hoger beroep ingediende informatie van revalidatiearts Boonstra heeft de verzekeringsarts bezwaar en beroep terecht gewezen op de datum in geding van 20 september 2012. De informatie van de revalidatiearts ziet op een periode ver daarna, namelijk juni 2017, en bevat bovendien geen nieuwe medische gegevens.
BESLISSING
I.G.A.H. Toma als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op
11 augustus 2017.