Uitspraak
OVERWEGINGEN
8 december 2014 volledig en duurzaam arbeidsongeschikt moet worden geacht, althans voor een hoger percentage dan door het Uwv is vastgesteld, zodat hem ten onrechte een
WIA-uitkering is geweigerd. Volgens appellant is onvoldoende rekening gehouden met zijn medische aandoeningen en de daaruit voortvloeiende beperkingen. Reeds geruime tijd heeft hij nek-, schouder- en armklachten, in het bijzonder rechts met uitstraling tot in de handen en vingers, tintelingen en een doof gevoel. Voorts lijdt hij aan het carpaal-tunnelsyndroom, heeft hij liesklachten en slaapproblemen als gevolg van zijn pijnklachten en psychische problemen. Appellant betwist dat hij in staat moet worden geacht de voorgehouden functies uit te oefenen. Deze functies kenmerken zich door diverse grepen die knijp- en grijpkracht vereisen, repetitieve handelingen waarbij regelmatig kortcyclisch torderen, reiken, buigen, duwen en trekken, tillen en dragen van regelmatig grotere gewichten, knielen en hurken, klimmen en boven schouderhoogte en gebogen actief zijn aan de orde zijn. Volgens appellant is hij daartoe, gelet op zijn beperkingen, niet in staat. Voorts is bij de functies productiemedewerker puntlassen, chauffeur groepsvervoer en medewerker bloemzaadproductie beheersing van de Nederlandse taal een vereiste, terwijl uit het rapport van de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep volgt dat hij deze slechts zeer gebrekkig beheerst. Ten slotte is het voor appellant als gevolg van medicijngebruik niet mogelijk om auto te rijden.
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.