ECLI:NL:CRVB:2017:3674
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake bijstandsaanvraag en schending inlichtingenverplichting
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 oktober 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Oost-Brabant. Verzoekers, een echtpaar, hadden een aanvraag om aanvullende bijstand ingediend, nadat hun bijstandsuitkering eerder was ingetrokken vanwege vermeende schending van de inlichtingenverplichting. De gemeente Geldrop-Mierlo had vastgesteld dat verzoeker onjuiste informatie had verstrekt over zijn werkuren als oproepkracht in een restaurant. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat verzoekers de op hen rustende inlichtingenverplichting hebben geschonden, waardoor het recht op bijstand niet kon worden vastgesteld. De rechtbank had het beroep tegen het besluit van de gemeente ongegrond verklaard, en verzoekers hebben hiertegen hoger beroep ingesteld, vergezeld van een verzoek om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er geen grond is voor het treffen van een voorlopige voorziening en heeft de eerdere uitspraak bevestigd. De voorzieningenrechter heeft daarbij benadrukt dat verzoekers onvoldoende feiten en omstandigheden hebben aangedragen om hun recht op bijstand te onderbouwen, en dat de waarnemingen van de preventiemedewerker voldoende bewijs leveren voor de schending van de inlichtingenverplichting.