ECLI:NL:CRVB:2018:1893
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag Algemene nabestaandenwet na overlijden echtgenoot binnen jaar na huwelijk
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 19 juni 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Noord-Holland. De appellante had een uitkering aangevraagd op grond van de Algemene nabestaandenwet (Anw) na het overlijden van haar echtgenoot, die binnen een jaar na hun huwelijk was overleden. De Sociale verzekeringsbank (Svb) had de aanvraag afgewezen, omdat niet was gebleken dat appellante en haar echtgenoot voor het huwelijk een gezamenlijke huishouding hadden gevoerd. De Raad heeft vastgesteld dat de Svb op goede gronden heeft geconcludeerd dat de gezamenlijke huishouding pas op 17 september 2014 is begonnen, en dat de aanvraag om een Anw-uitkering terecht is afgewezen. De Raad heeft daarbij de verklaringen van de echtgenoot en de inschrijvingen in de Basisregistratie personen (Brp) als leidend beschouwd. De rechtbank had het beroep van appellante tegen de afwijzing van de Svb ongegrond verklaard, en de Centrale Raad van Beroep heeft deze uitspraak bevestigd. Het verzoek om schadevergoeding is afgewezen, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.