Uitspraak
16.3719 ZW
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- bepaalt dat het Uwv aan appellante het in beroep en hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 169,- vergoedt.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. Appellante, die zich op 24 oktober 2013 ziek meldde met gewrichtsklachten, had een ZW-uitkering die door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) was beëindigd. De Raad oordeelde dat het medisch onderzoek door het Uwv zorgvuldig was uitgevoerd en dat er geen reden was om te twijfelen aan de conclusies van de verzekeringsarts. De rechtbank had eerder geoordeeld dat appellante in staat was om meer dan 65% van haar maatmaninkomen te verdienen, wat leidde tot de beëindiging van haar uitkering. Appellante voerde in hoger beroep aan dat haar beperkingen waren onderschat en dat zij tijdens de beoordeling door het Uwv een grote buikwond had. De Raad concludeerde echter dat er geen nieuwe relevante medische gegevens waren overgelegd die de stellingen van appellante konden ondersteunen. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het Uwv voldoende gemotiveerd had dat de resterende functies binnen de vastgestelde belastbaarheid van appellante vielen. De uitspraak werd gedaan op 8 augustus 2018.