ECLI:NL:CRVB:2018:3180

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
16 oktober 2018
Publicatiedatum
16 oktober 2018
Zaaknummer
17/6895-PV
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herziening en terugvordering van bijstandsuitkering wegens niet gemelde stopzetting studiefinanciering van meerderjarige kinderen

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 25 september 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag van 9 oktober 2017. De zaak betreft de herziening en terugvordering van bijstand van appellant en zijn vrouw, ter hoogte van € 3.783,91. Dit bedrag werd teruggevorderd omdat twee van hun meerderjarige inwonende kinderen geen studiefinanciering meer ontvingen, waardoor de kostendelersnorm van toepassing werd. Appellant had deze wijziging niet gemeld aan het college van burgemeester en wethouders van Den Haag.

De Raad oordeelde dat het appellant duidelijk had moeten zijn dat het stoppen van de studiefinanciering van zijn kinderen invloed had op zijn recht op bijstand. Appellant stelde dat hij niet op de hoogte was van de verplichting om deze informatie door te geven, omdat hij het herbeoordelingsbesluit van 28 april 2015 niet had ontvangen. De Raad oordeelde echter dat het risico van het niet ontvangen van post voor rekening van appellant kwam. Hij had maatregelen moeten treffen, vooral gezien het feit dat de postbode vaker problemen had met het bezorgen van zijn post.

De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en is gebaseerd op de overwegingen die in het proces-verbaal zijn vastgelegd.

Uitspraak

17.6895 PW-PV

Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 9 oktober 2017, 17/3839 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
het college van burgemeester en wethouders van Den Haag (college)
Datum uitspraak: 25 september 2018
Zitting heeft: J.N.A. Bootsma
Griffier: F. Dinleyici
Partijen zijn niet op de zitting verschenen.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze beslissing is uitgesproken in het openbaar. Zij is gebaseerd op de volgende overwegingen.
1. De herziening en terugvordering van € 3.783,91 van de bijstand van appellant en zijn vrouw zijn juist, omdat twee van hun meerderjarige inwonende kinderen geen studiefinanciering meer hadden en daardoor kosten delende medebewoners werden. Appellant had dit niet gemeld.
2. Dat appellant niet wist dat hij dit moest doorgeven, omdat hij het herbeoordelingsbesluit van 28 april 2015 - waarin dit stond - nooit heeft ontvangen, komt voor zijn rekening en risico. Nu de postbode de post vaker niet goed bij appellant heeft bezorgd, had appellant daarvoor maatregelen moeten treffen. Maar ook zonder dit besluit te kennen had het appellant redelijkerwijs duidelijk kunnen en moeten zijn dat het stoppen van studie en studiefinanciering van invloed kan zijn op het recht op bijstand. Het lag dan ook op de weg van appellant om het college hierover tijdig te informeren.
3. Deze procedure gaat niet over de uitkering van de dochter van appellant, zodat de Raad niet kan oordelen over de ingangsdatum van haar uitkering.
4. De aangevallen uitspraak moet worden bevestigd.
5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) F. Dinleyici (getekend) J.N.A. Bootsma

MD