ECLI:NL:CRVB:2018:4241
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H.C.P. Venema
- M.A.E. Lageweg
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake AOW
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 december 2018 uitspraak gedaan op een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 16 maart 2017. Het verzoeker, die in Marokko woont, had verzocht om herziening van de uitspraak waarbij zijn verzet tegen een eerdere beslissing ongegrond was verklaard. De Raad had in de eerdere uitspraak het hoger beroep van verzoeker tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam niet-ontvankelijk verklaard, omdat het griffierecht niet tijdig was betaald.
De Centrale Raad van Beroep overweegt dat op grond van artikel 8:119 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) een onherroepelijke uitspraak kan worden herzien op basis van feiten en omstandigheden die vóór de uitspraak hebben plaatsgevonden, maar die de indiener van het verzoek niet bekend waren en redelijkerwijs niet bekend konden zijn. In dit geval heeft verzoeker echter geen nieuw feit of nieuwe omstandigheid aangevoerd die tot een andere uitspraak zou hebben kunnen leiden.
De Raad wijst erop dat het rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak of de juistheid van de eerdere uitspraak. Verzoeker heeft enkel aangegeven bereid te zijn het griffierecht alsnog te voldoen, wat niet voldoende is om het verzoek om herziening te onderbouwen. De Raad besluit dan ook het verzoek om herziening af te wijzen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.