Uitspraak
16 603 WW
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
€ 367,47 heeft het Uwv het totaal terug te betalen bedrag vastgesteld op € 1.601,73.
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak voor het overige;
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De appellant, die in Turkije woont, had een WW-uitkering ontvangen, maar heeft deze niet tijdig gemeld na zijn emigratie. Het Uwv heeft de WW-uitkering per 12 november 2014 beëindigd en een boete opgelegd wegens schending van de inlichtingenplicht. De rechtbank heeft het beroep van de appellant ongegrond verklaard, maar de Centrale Raad heeft de hoogte van de boete herzien. De Raad oordeelt dat de boete van € 400,43 passend is, nu de regelgeving sinds 1 januari 2017 is gewijzigd en boetes niet langer naar boven worden afgerond op een veelvoud van € 10,-. De Raad heeft het besluit van het Uwv vernietigd voor zover het de boete betreft, maar heeft de overige beslissingen van de rechtbank bevestigd. De uitspraak is gedaan op 7 maart 2018.