ECLI:NL:CRVB:2019:3464
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.P.A. Boersma
- E.D. de Jong
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake vaststelling eigen bijdrage AWBZ en peiljaarverlegging
Op 6 november 2019 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De zaak betreft de vaststelling van de eigen bijdrage van appellant voor zorgkosten op basis van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Appellant, die in een instelling verbleef, had in 2014 een eigen bijdrage van € 452,25 per maand vastgesteld gekregen door het CAK. In september 2017 verzocht appellant om terugbetaling van deze bijdrage, met de stelling dat zijn inkomen door de Belastingdienst op nihil was vastgesteld. Het CAK had dit verzoek echter buiten behandeling gesteld wegens termijnoverschrijding, aangezien de aanvraag voor peiljaarverlegging te laat was ingediend.
De rechtbank had het beroep van appellant ongegrond verklaard, en in hoger beroep heeft de Centrale Raad van Beroep bevestigd dat het CAK de eigen bijdrage correct had vastgesteld. De Raad oordeelde dat de aanvraag voor peiljaarverlegging binnen drie maanden na afloop van het kalenderjaar 2014 gedaan had moeten worden, wat niet het geval was. De Raad concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die het CAK verplichtten om het verzoek van appellant alsnog in behandeling te nemen. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.