ECLI:NL:CRVB:2020:522
Centrale Raad van Beroep
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Herziening van ouderdomspensioen op basis van duurzaam gescheiden leven
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 13 februari 2020 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de Sociale verzekeringsbank (Svb) tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De zaak betreft de herziening van het ouderdomspensioen van betrokkene, die geregistreerd partner was van [naam partner]. De Svb had geconcludeerd dat betrokkene niet duurzaam gescheiden leefde van zijn partner, wat leidde tot de herziening van het pensioen naar dat voor een gehuwde pensioengerechtigde. De rechtbank had echter geoordeeld dat er wel sprake was van duurzaam gescheiden leven en het besluit van de Svb vernietigd.
De Centrale Raad van Beroep heeft de aangevallen uitspraak vernietigd en het beroep van de Svb ongegrond verklaard. De Raad oordeelde dat de rechtbank ten onrechte had geconcludeerd dat betrokkene duurzaam gescheiden leefde. De Raad baseerde zijn oordeel op de feitelijke omstandigheden, zoals het regelmatig contact tussen betrokkene en zijn partner, gezamenlijke vakanties en het beschikken over elkaars sleutels. De Raad benadrukte dat de motieven voor het contact irrelevant zijn voor de beoordeling van de feitelijke situatie.
De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep is openbaar uitgesproken en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken in cassatie te gaan tegen deze beslissing, indien zij menen dat er sprake is van schending of verkeerde toepassing van de relevante bepalingen over duurzaam gescheiden leven.