Uitspraak
20.590 PW
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft appellant hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland, die zijn aanvraag voor bijzondere bijstand voor vertaalkosten had afgewezen. De aanvraag was gedaan op 2 oktober 2018, waarbij appellant had aangegeven dat de geschatte kosten tussen de € 100,- en € 200,- lagen. Het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen heeft de aanvraag afgewezen, omdat appellant niet had aangetoond dat de kosten daadwerkelijk gemaakt zouden worden. Dit kon bijvoorbeeld door het overleggen van een offerte of nota. Appellant heeft dit nagelaten, wat leidde tot de afwijzing van zijn aanvraag.
De rechtbank heeft het beroep van appellant tegen de afwijzing ongegrond verklaard. In hoger beroep heeft appellant zich tegen deze uitspraak gekeerd, maar de Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het college terecht heeft geoordeeld dat appellant niet voldoende bewijs heeft geleverd voor de gemaakte kosten. De Raad benadrukt dat het op de weg van appellant ligt om aannemelijk te maken dat de vertaalkosten gemaakt gaan worden, en dat een enkele schatting niet voldoende is.
De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak is gedaan door A.J. Schaap, met Y.S.S. Fatni als griffier, en is openbaar uitgesproken op 6 juli 2021.