ECLI:NL:CRVB:2021:2069
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
Op 12 augustus 2021 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 20/4300 AOW. Het hoger beroep is niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn is betaald. De appellant, woonachtig in Groot-Brittannië, had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 16 november 2020. In de procedure is de appellant herhaaldelijk gewezen op de verplichting om het griffierecht van € 131,- tijdig te betalen. Ondanks deze waarschuwingen is het griffierecht niet binnen de gestelde termijn voldaan. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat er geen reden is om aan te nemen dat de appellant niet in verzuim is geweest. Hierdoor kan het hoger beroep niet inhoudelijk worden behandeld. De uitspraak is gedaan door D.S. de Vries, met K.R. van Renswoude als griffier, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum. Tegen deze uitspraak staat voor belanghebbenden en het bestuursorgaan de mogelijkheid open om binnen zes weken schriftelijk verzet te doen.