ECLI:NL:CRVB:2021:597
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake WIA-uitkering en arbeidsongeschiktheidsevaluatie
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 maart 2021 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de beslissing van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) met betrekking tot zijn WIA-uitkering. Appellant, die sinds 5 juni 1990 in dienst was van [derde belanghebbende] B.V. als chauffeur en magazijnmedewerker, was sinds 21 september 2011 arbeidsongeschikt. Het Uwv had appellant aanvankelijk een loongerelateerde WGA-uitkering toegekend, maar na bezwaar van de werkgever werd de mate van arbeidsongeschiktheid op minder dan 35% vastgesteld en de uitkering ingetrokken. Appellant heeft hiertegen bezwaar gemaakt en zijn situatie is opnieuw beoordeeld door het Uwv, maar de uitkering werd uiteindelijk beëindigd op 18 november 2016.
De Raad heeft in zijn beoordeling de rapporten van de verzekeringsartsen van het Uwv en de door appellant ingeschakelde verzekeringsarts H.M.Th. Offermans in overweging genomen. De Raad concludeert dat de verzekeringsartsen onvoldoende rekening hebben gehouden met de pijnklachten van appellant, die voortvloeien uit eerdere operaties en die door behandelend specialisten als ernstig invaliderend zijn aangemerkt. De Raad oordeelt dat het bestreden besluit niet op een deugdelijke grondslag is gebaseerd en in strijd is met artikel 7:12 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad draagt het Uwv op om het gebrek in het besluit te herstellen en de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) opnieuw te beoordelen, rekening houdend met de pijnklachten van appellant en de impact daarvan op zijn arbeidsongeschiktheid.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging van medische informatie en de noodzaak voor het Uwv om adequaat te reageren op signalen van ernstige pijnklachten, zoals vastgesteld door behandelend specialisten. De Raad heeft de zaak in het openbaar behandeld en de uitspraak is gedaan door E. Dijt, met A.L. Abdoellakhan als griffier.