ECLI:NL:CRVB:2022:2002
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.A.H. van Dalen - van Bekkum
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid hoger beroep wegens niet-betaling griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 30 augustus 2022 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een appellant tegen de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb). De appellant had hoger beroep ingesteld, maar had het verschuldigde griffierecht van € 136,- niet betaald. De Raad had de appellant herhaaldelijk gewezen op zijn verantwoordelijkheid voor de betaling van het griffierecht en de mogelijkheid om dit contant te voldoen. De appellant stelde dat hij geen bankrekening had en zijn AOW-pensioen niet ontving, waardoor hij het griffierecht niet kon betalen. De Raad oordeelde dat de Svb niet verplicht was om het griffierecht in te houden op het AOW-pensioen van de appellant en dat de niet-betaling van het griffierecht niet verschoonbaar was. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet-ontvankelijk was, omdat de appellant niet aan zijn betalingsverplichtingen had voldaan. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, en de uitspraak werd openbaar gedaan.