ECLI:NL:CRVB:2022:2194
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag nabestaandenuitkering op basis van ANW wegens gebrek aan verzekering op overlijdensdatum
In deze zaak heeft appellante, woonachtig in Marokko, hoger beroep ingesteld tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een nabestaandenuitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet (ANW). Haar echtgenoot, geboren in 1925, was op het moment van zijn overlijden in 2018 niet verzekerd voor de ANW, wat de Sociale verzekeringsbank (Svb) als reden voor de afwijzing aanvoerde. De rechtbank Amsterdam had eerder het beroep van appellante tegen deze afwijzing ongegrond verklaard. Tijdens de zitting op 1 september 2022 was appellante niet aanwezig, maar de Svb werd vertegenwoordigd door mr. N. Diamant.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak beoordeeld en de overwegingen van de rechtbank onderschreven. De Raad benadrukte dat het feit dat de echtgenoot van appellante recht had op een AOW-pensioen niet betekent dat appellante recht heeft op een ANW-nabestaandenuitkering. Cruciaal was dat de echtgenoot ten tijde van zijn overlijden niet verzekerd was voor de ANW, noch onder de Marokkaanse wetgeving. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak werd openbaar gedaan op 13 oktober 2022, en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.