ECLI:NL:CRVB:2022:2335
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid college om aanvraag bijstand buiten behandeling te stellen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 1 november 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De appellant had op 23 maart 2020 een aanvraag om bijstand ingediend, maar het college van burgemeester en wethouders van Delft heeft deze aanvraag buiten behandeling gesteld. Dit gebeurde omdat de appellant niet de benodigde gegevens had verstrekt die noodzakelijk waren voor de beoordeling van zijn aanvraag. De Raad heeft vastgesteld dat de appellant niet tijdig de gevraagde gegevens heeft ingeleverd, ondanks dat hij daartoe de gelegenheid had gekregen. De Raad heeft in zijn overwegingen benadrukt dat het college bevoegd was om de aanvraag buiten behandeling te stellen op basis van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad heeft geen feiten of omstandigheden kunnen vaststellen die erop wijzen dat het college onterecht van deze bevoegdheid gebruik heeft gemaakt. Hierdoor kwam de Raad niet toe aan de inhoudelijke beoordeling van de vraag of de appellant recht had op bijstand met terugwerkende kracht vanaf 2009. De uitspraak van de rechtbank is bevestigd, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.