Uitspraak
18 augustus 2022, 20/6206 (aangevallen uitspraak)
WGA-uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) toegekend en daarbij de mate van arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 55 tot 65%. Appellant heeft daartegen bezwaar gemaakt, maar het Uwv is tijdens de beroepsprocedure bij de rechtbank met een besluit van 19 november 2021 (bestreden besluit 2) bij de vaststelling van de mate van arbeidsongeschiktheid gebleven.
mr. Sopacua verschenen. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door
drs. I.M. Veringmeijer.
OVERWEGINGEN
Samenvatting
Inleiding
Het oordeel van de Raad
3 punten in plaats van 2,5 punt.
Conclusie en gevolgen
€ 1.674,-. De door het Uwv te vergoeden proceskosten bedragen in totaal € 4.185,-.
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak, voor zover deze betrekking heeft op de hoogte van de proceskostenveroordeling;
- bevestigt de aangevallen uitspraak voor het overige;
- veroordeelt het Uwv in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 4.185,-;
- bepaalt dat het in hoger beroep betaalde griffierecht van € 136,- door de griffier van de Raad wordt terugbetaald aan appellant.