ECLI:NL:CRVB:2023:2498
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag voor een gehandicaptenparkeerkaart voor passagier op basis van medische geschiktheid
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 21 december 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de afwijzing van een aanvraag voor een gehandicaptenparkeerkaart, type passagier, door het college van burgemeester en wethouders van Utrecht. De appellant, die al in het bezit is van een gehandicaptenparkeerkaart voor bestuurders, heeft op 3 september 2020 een aanvraag ingediend voor een extra kaart voor passagiers. Het college heeft deze aanvraag afgewezen op basis van medisch onderzoek, waaruit bleek dat appellant niet rolstoelgebonden is en geen doorlopende begeleiding nodig heeft. De rechtbank Midden-Nederland heeft het beroep van appellant ongegrond verklaard, wat appellant in hoger beroep heeft bestreden.
De Raad heeft vastgesteld dat appellant voldoet aan de voorwaarde dat hij niet in staat is zelfstandig een afstand van meer dan 100 meter te voet te overbruggen. Echter, de centrale vraag was of hij voor het vervoer van deur tot deur continu afhankelijk is van de hulp van de bestuurder. De Raad heeft de overwegingen van de rechtbank onderschreven en geconcludeerd dat het college de aanvraag op goede gronden heeft afgewezen. De Raad heeft ook opgemerkt dat wijzigingen in de gezondheid van appellant na de aanvraag niet in deze beoordeling kunnen worden meegenomen, maar dat deze wel relevant kunnen zijn voor een nieuwe aanvraag.
De uitspraak bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.