Uitspraak
20 2087 WIA
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
35 tot 45%.
8 november 2019. Voorts heeft de rechtbank overwogen dat het medisch onderzoek – met de aanvullende rapporten – op een voldoende zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden. Met het aanvullende rapport van de verzekeringsarts bezwaar en beroep van 8 november 2019 is voldoende gemotiveerd waarom er conform de Standaard Duurbelasting in arbeid (de Standaard) geen indicatie is voor het aannemen van een medische urenbeperking. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft voldoende inzichtelijk gemotiveerd dat (vermoeidheids)klachten die voortvloeien uit een (geobjectiveerd) restless legs syndroom (hierna: RLS) op zich wel tot een urenbeperking kunnen leiden maar in dit geval niet. Ook uit de door appellant overgelegde informatie afkomstig van het Centrum Voor Slaapgeneeskunde, de Medinova kliniek Arnhem en orthopedisch chirurg Zonnenberg blijkt niet dat de verzekeringsartsen meer beperkingen hadden moeten aannemen. De rechtbank heeft geoordeeld dat niet is gebleken dat de beperkingen van appellant in de FML van 12 juni 2018 zijn onderschat. Voor de verdere beoordeling gaat de rechtbank dan ook uit van de belastbaarheid die is neergelegd in de FML. Naar aanleiding van de vraagstelling van de rechtbank is de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep in de rapportage van 19 november 2019 tot de conclusie gekomen dat de functies met de Sbc-codes 267050 en 271130 niet kunnen worden gehandhaafd omdat de functies op de datum in geding onvoldoende actueel zijn. In de rapporten van de arbeidsdeskundige van 23 april 2018, van de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep van 5 november 2018 en van 7 maart 2019 is inzichtelijk gemotiveerd dat, uitgaande van de vastgestelde beperkingen, appellant de werkzaamheden kan verrichten die verbonden zijn aan de overige geselecteerde functies. Op basis van de inkomsten die appellant met de geduide functies zou kunnen verdienen, heeft het Uwv een berekening gemaakt die leidt tot de conclusie dat appellant minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De rechtbank heeft geoordeeld dat het Uwv daarom de WIA-uitkering terecht beëindigd heeft per 20 september 2018.
drs. J.J.B. Batelaan, arts arbeid en gezondheid, van het Expertise Orgaan overgelegd. Volgens appellant doet de expertise voldoende twijfel ontstaan over het oordeel van de verzekeringsarts en verzoekt daarom een deskundige te benoemen.