Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Samenvatting
Inleiding
(bestreden besluit)het besluit van 25 juli 2022 gewijzigd en het dagloon met ingang van 1 december 2021 vastgesteld op € 157,97. Het Uwv heeft de kosten van het bezwaar vergoed.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland, die haar beroep tegen een besluit van het Uwv niet-ontvankelijk heeft verklaard. De rechtbank oordeelde dat appellante geen procesbelang had, omdat het Uwv haar verzoek om wijziging van het dagloon al had ingewilligd. Appellante had eerder bezwaar gemaakt tegen de hoogte van haar dagloon, dat aanvankelijk was vastgesteld op € 150,77. Na haar bezwaar wijzigde het Uwv het dagloon naar € 157,97. De rechtbank oordeelde dat, omdat het Uwv met het bestreden besluit tegemoet was gekomen aan de wensen van appellante, er geen procesbelang meer was voor een inhoudelijke beoordeling van haar beroep. Appellante was het hier niet mee eens en stelde dat het Uwv in strijd met de wet handelde door niet ambtshalve het dagloon te corrigeren op basis van de gegevens in de polisadministratie. De Raad voor de Rechtspraak bevestigde echter het oordeel van de rechtbank en verklaarde het hoger beroep ongegrond. De Raad stelde vast dat appellante met het bestreden besluit het maximale financiële resultaat had bereikt en dat er geen reden was om af te wijken van de vaste rechtspraak over procesbelang. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en appellante kreeg geen vergoeding voor haar proceskosten.