ECLI:NL:CRVB:2024:528
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen buitenbehandelingstelling van een aanvraag om bijstand op grond van de Participatiewet
In deze zaak heeft appellant hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, waarin zijn aanvraag om bijstand op grond van de Participatiewet buiten behandeling is gesteld. De rechtbank had geoordeeld dat de aanvraag incompleet was en dat appellant dit niet binnen de gestelde termijn had hersteld. Appellant betwistte de onafhankelijkheid van de behandelend rechter, maar de Centrale Raad van Beroep oordeelde dat er geen grond was voor deze stelling. De Raad concludeerde dat de rechtbank terecht het bestreden besluit in stand had gelaten. Het hoger beroep van appellant werd afgewezen, en de buitenbehandelingstelling van zijn aanvraag bleef in stand. Appellant kreeg geen vergoeding voor proceskosten en het betaalde griffierecht werd niet teruggegeven.